Skip to Content

Gedichten

Marijn Sikken


Bij twijfel

Je moet haar achterlaten in de tijd, zegt iemand

wier visitekaartje belooft dat ze ervoor heeft geleerd

wat iets anders is dan dat ze het heeft doorleefd

Wat ik wil zeggen is hoe krijg je het uit je strot

Wat ik zeg is dat ik niet weet hoe dat moet

Daarop wordt er flink gezwegen. Ik wil deze dame

graag vertrouwen, maar het is net als met houden van:

je kunt het niet van een ander, als je het niet van jezelf

Ik slaak een diepe zucht, de kussens in mijn rug steunen

Traag zakt de gember naar de bodem van het glas

Soms is de pijn zo groot dat ik naar zee trek

ver van adviezen en begripvolle stiltes

Ik tel zeesterren langs het eb

de beste raad spoelt aan mijn voeten

Bij twijfel is het antwoord altijd water

*

De naam die we bedachten bleek te groot

Linkermouw

We kochten een jas, je vader en ik

in een winkel zo groot als het hiernamaals,

Zoveel rekken, zoveel paden: nooit geweten

dat er zoveel jassen waren

We bekeken vormen, bespraken kleuren,

aaiden stoffen en bevoelden voeringen,

we roken eraan en vonden hem prachtig

Het was een waarin je je kon wentelen

We zagen het helemaal voor ons, in de regen,

in iedere storm: jij zou je beschermd weten

Nee, de jas hoefde niet te worden ingepakt,

het was geen cadeautje

Kraag

Tot bleek dat je hem nooit zou dragen

Niets klopte nog: de kraag, de capuchon,

de rits sloot te hoog, ineens was de jas

angstaanjagend te groot, je zou erin

verdrinken. Een gruwelijk beeld,

dat we opvouwden en wegstopten

in onze diepste kasten. Naderhand

vergaten we bijna dat hij er nog hing

Een naam is een verwachting,

met een naam hecht je je

Probeer maar eens een kip te slachten

die Franka heet, laat een hond inslapen

die luistert naar de naam Lieve – nee

dat gaat niet zonder slag of stoot

Met een naam spreek je een wens uit:

dit geef ik je mee, deze boodschap

dit idee over wie ik denk dat jij zult worden

Alle hoop zit in de naam

Rechtermouw

Op een dag geven we de jas door

Hij hangt frisgewassen aan een haak

en wordt als nieuw gestreken

Straks mag iemand anders

het kaartje ervan afknippen.

We zullen de jas aanbevelen:

prachtontwerp en nooit gedragen.

Als in dat beroemde verhaal

waarvan niet zeker is

dat Hemingway het schreef

Zal het schrijnen als we hem

aan andere schouders zien?

We zullen trots zijn, op haar, op jou

voor wie de jas eigenlijk was bedoeld